-
Werkvertaling uit het Grieks
32 Leert dan van de vijgeboom de gelijkenis:
wanneer z'n hout al zacht wordt
en de bladeren beginnen te groeien,
weten jullie dat de zomer dichtbij is;
33 evenzo weten ook jullie,
wanneer je dit alles ziet,
dat het nabij is, voor de deur.
34 Voorwaar, ik zeg jullie
dat dit geslacht niet voorbij gaat,
vóórdat dit alles geschiedt.
35 De hemel en de aarde zullen voorbij gaan,
maar mijn woorden zullen niet voorbij gaan.
36 Aangaande die dag en dat uur weet niemand,
ook niet de engelen van de hemelen,
ook niet de zoon,
behalve de vader alleen.
37 Want zoals de dagen van Noach,
zo zal de wederkomst van de mensenzoon zijn.
38 Want zoals ze in die dagen vóór de zondvloed
aten en dronken en huwden,
tot aan de dag dat Noach in de ark ging,
39 en ze het niet beseften
totdat de zondvloed kwam en allen wegnam,
zo zal [ook] de wederkomst van de mensenzoon zijn.
40 Dan zullen er twee mannen op de akker zijn;
één wordt meegenomen
en één gaat ten onder;
41 twee vrouwen zullen in de molen malen;
één wordt meegenomen
en één gaat ten onder.
42 Weest dus waakzaam,
want jullie weten niet
op wat voor dag jullie Heer komt.
43 Jullie weten ook wel dat
als de huisheer zou weten
in welke wake de dief zou komen,
hij zou blijven waken
en niet zou toelaten in te breken in zijn huis.
44 Wees daarom bereid ook jullie,
want op een uur dat je het niet verwacht,
komt de mensenzoon.
-
22 november 2010
Mattheüs 24,32-44 Over de laatste, uiterste dagen
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten