
Die Chevrolet had cruisecontrol. Toen zeiden ze: handgas. Op het dashboard zat een oranjeroze knop die je vast kon zetten; daarmee regelde je het gas. Dan bleef ‘ie op die snelheid rijden. Als je gas- of rempedaal aanraakte, ging hij ervan af en had je weer directe bediening. Ik zie ons nog met het hele gezin naar opa Eldering in Emmen gaan over de Zuiderzeestraatweg, op 27 augustus 1959. Pa zet het handgas erop en vrolijk trappelend met z’n benen en voeten snorren we door Gelderland, Overijssel en Drenthe.


Het was een welkome onderbreking, die alleen in schoonheid werd overtroffen als we met die Chevrolet in Emmen de Molenkamp rondreden – dat pràchtige villaparkje, waar opa twee huizen had laten bouwen. Als onderwijzer en hoofd der school kon je dat dus kennelijk doen, in die tijd! Oma was al overleden. Ze woonden Molenkamp 17. En nog altijd is er niets veranderd; het ziet er nog net uit als altijd – een wonderschoon plekje.
Achter in de tuin stond een gigantische beuk. Aan het eind van de tuin was een walletje. Als je daar overheen klom en door het hekje ging, was je in de Emmerdennen. Eventjes naar rechts en wat toeschuinen – dan was je bij het hunebed. Voor een kind een fascinerende omgeving, die je fantasie behoorlijk op gang bracht!
Toen de Chevrolet meer olie dan benzine ging gebruiken, verkocht pa die kar aan de glazenwasser, een jongen van Toussaint. Die monteerde een groot rek op het dak voor de ladders en scheurde vrolijk fluitend en peuken rokend door de omgeving. Toen hij z’n sigaret een keer brandend op de met plastic weefsel overtrokken voorbank liet liggen, brandde de auto een beetje uit, nogal. Gaf niks; hij zat voortaan op een veilingkist achter het stuur, dat kon ook. Tot hij bij de vaart de bocht een keer te hard nam; het kistje schoot onderuit en hij verdween in de plomp. Dat was een prachtig einde voor deze historische auto!
-
Geen opmerkingen:
Een reactie posten